Ik hoop dat je snel uit mijn hoofd verdwijnt zonder dat ik je vergeet

Je bent overal, zonder dat je er bent.

Ik hoop dat je snel uit mijn hoofd verdwijnt zonder dat ik je vergeet

Ik wil je niet vervangen.
Ook al zullen er anderen komen.
Dat gat dat je achterliet, hoeft niet vergeten te worden.
Het hoeft niet eens opgevuld te worden.
Ook al zeggen anderen van wel.

‘Laat het los.’
‘Zoek een ander.’
‘Het is al zo lang geleden.’
‘Hoelang wil je nog blijven hangen in je verdriet?’

Maar het is niet dat ik dit bewust doe.
Het is niet dat ik geen afstand wil nemen.
Het is meer dat er geen afstand komt.
Het is een patstelling.

‘Verwerk het. Ga door. Zet je eroverheen. Leef.’

Maar ik zou niet weten wat dat verwerken inhoudt.
Ik zou niet weten hoe ik een streep moet zetten onder het verleden.

‘Verbrand de foto’s. Schrijf een afscheidsbrief, alleen voor jezelf. Gooi de spullen weg die je er onverwachts aan helpen herinneren.’

Maar het zijn niet de foto’s of het gevoel van wat het was dat me zo kwelt.
Er hoeft namelijk niets vernietigd te worden.
Het is juist het alledaagse dat mij zo martelt.

Want ik denk je stem te horen op het station tussen al die andere pratende mensen.

Ik zie de achterkant van een persoon door mijn straat wandelen met een hond. Precies dezelfde lichaamsbouw als jij.

Als mijn telefoon trilt in mijn zak denk ik: ‘Zou het dan toch?’

Ik ruik zelfs je specifieke lichaamsgeur in de kroeg en als ik dan mijn neus achterna wil gaan, is die weer vervlogen.

Je bent overal, zonder dat je er bent.

Het punt is…

Ik wil je niet vergeten.
Ik wil slechts dat het mijn leven niet zo overheerst.

Want je bent de lijst om mijn werkelijkheid heen geworden.

Je bent een zombie die maar terugkeert.
Onze relatie is Dood, maar toch nog springlevend in mijn hoofd.
Ik besef steeds meer dat het een gecreëerd beeld van je is.

Een symbool van wat wij hadden kunnen zijn als…
Ja, als.

Een alternatieve werkelijkheid die nooit gaat gebeuren, maar mijn hoofd wil het gewoon niet accepteren.
Tot ik besefte dat ik dit gevoel moet transporteren naar iets.
Het moet me verlaten, zonder dat ik je vergeet.
Ik moet iets creëren.
Ook al is het maar een symbool.

Een gedicht. Een schilderij. Een beeld.
Om de herinnering los te koppelen van de emotie.

Zodat mijn hoofd weet: je kan niet hier zijn, want je geest zit in de kunst.

De symboliek van jij.

Dus ik heb klei gekocht in een hobbywinkel.
Ik heb er avonden achter elkaar aan besteed.
Ik weet niet precies wat het is, maar jij bent het.
Al mijn gevoelens van woede, verdriet en wanhoop verwerkt in dit dertig centimeter mormel.

Ik heb het mormel beschilderd. Geaaid en tentoongesteld naast mijn tv.
Zodat ik af en toe naar je kon kijken en beseffen dat wat jij in mijn hoofd was, nu daar in zit.
En nu lig je in de la, naast de afstandsbediening.
Misschien komt er een moment, in de nabije toekomst, dat ik je kan weggooien.

Het is vreemd dat mijn gevoel nu in het beeld zit.
Alsof mijn brein nu denkt: ik kan je stem niet meer horen, want je ligt in de la.
Ik kan je lijf niet meer ruiken, want je ligt in de la.

Als een symbool van mijn verdriet.

Het gekke is…

Het voelt nu anders.
Je bent er nog, maar tegelijkertijd ook niet meer.
Alsof ik het schip nog aan de horizon kan zien, maar voor hoelang nog?
Ik hoop oprecht dat je eens uit mijn hoofd verdwijnt, zonder dat ik je vergeet.
Ik hoop het.

Deze tekst komt uit mijn dagelijkse e-mail. Ontvang ook dagelijks een tekst van tomson darko over de melancholie van het leven.

Foto via https://www.instagram.com/analoghe_/