#12.4. Falen was een optie
In de derde week van onze cursus callcentermedewerker worden begon het spannend te worden. We kregen hoog bezoek van de manager zelf. Hij stuurde de teamleiders aan en had een hoop verantwoordelijkheden en zo. Hij heette Dirk en al zijn blonde haren stonden rechtovereind gestyled. Alsof hij elke dag bij het opstaan een potlood in het stopcontact ramde.
Dirk was een man van weinig woorden. Na een korte introductie zei hij dat hij ons per direct dreigde te ontslaan als we lager dan een 7,5 haalden voor de toets eind van deze week.
Het scheen veel mensen wat te doen in deze groep. De angst om te falen. Pierre overwoog zelfs om kalmeringstabletten te slikken voor de toets of zelfmoord te plegen. Barbara wilde vooral heel goede seks hebben met haar vriend vlak voor het examen. Zo kon ze ontspannen dat ding maken.
Een vriend.
Ik was anderhalve dag van slag.
Ze had een vriend.
Ik snapte niet waar iedereen zich druk om maakte. Een 7,5. Pffff. Onbegrijpelijk. De stof was zo debiel simpel, dat iemand met een IQ van 50 die de hele dag met zijn tong buiten zijn mond speekselbelletjes zat te blazen het nog kon halen.
Het meest debiele was nog dat we tijdens de toets gebruik mochten maken van de handleiding. Dit was een multomap met geplastificeerde procedures die iedereen bij aanvang van de training had gekregen.
Het was niet de kunst of je het wist, maar de kunst van het vinden. Hoe moeilijk kon dat zijn? Bedoel. Hallo. Google was mijn wereld. Ik dacht alleen maar in zoektermen en zoekoperators zoals AND, OR of SITE:.
De opleiding klantenservicemedewerker worden duurde dan wel drie weken (omdat Dirk dacht dat tijd iets zei over kwaliteit). Maar we waren na zes werkdagen al door de stof heen. Dus hadden we de resterende dagen de lesstof eindeloos herhaald. Omdat onze begeleider ook blij was dat hij eens afwisseling had in zijn werk.
Falen was dus onmogelijk.
Ik zal het uitspellen: O N M O G E L I J K.
En toch overwoog Pierre zelfmoord te plegen van de spanning, dacht Barbara serieus dat ze het niet zou halen en dachten negen andere idioten dat ze geen oog meer dicht konden doen tot ze de uitslag hadden.
Wat nou als er een strikvraag inzit. Wat als ik een 7,4 zou halen, dat zou echt lullig zijn. Wat nou als ik nu al word ontslagen. Wat nou als ik alles vergeet. Wat als…
Pierre zeurde onafgebroken lang tegen me over de toets dat ik op een gegeven moment zei: ‘Wat nou als jij hetero was en mijn ouders geen seks hadden gehad. Wat dan?’
Maar dit soort humor begreep hij niet. Want als hij zijn baan zou verliezen, zou het betekenen dat hij zijn huur niet kon betalen. Teruggaan naar zijn ouders was uitgesloten. Hij was namelijk verstoten om zijn homoseksualiteit. Blablabla.
Ik wist in drie dagen meer over zijn leven, dan over mijn eigen bestaan. Wat me wederom deed afvragen wat ik hier deed.
En Barbara had een vriend.
De hoer.