De enige reden dat je je zo voelt, is omdat je iets wilt
oor (zelf)kennis komen we erachter wat die wil is. Het is niet: ik wil wat ik ken. Zeg maar dat je een advertentie van de nieuwste iPhone ziet en denkt: ik wil dat! Maar het is: ik leer kennen wat ik wil.
Troost jij jezelf wel eens met de gedachte dat iemand die gelooft in god het makkelijker heeft? Zij hebben nog een houvast. Een verklaring voor dit alles. En een uitzicht op het hiernamaals.
Ik betwijfel het of zij het per se makkelijker hebben. We lijden allemaal. We troosten ons allemaal op onze eigen manier. Troost verlicht, tijdelijk. Maar dat idee dat er iets niet klopt, komt uiteindelijk toch altijd weer bovendrijven. Of we het nu willen of niet. Ik ga het je uitleggen aan de hand van Schopenhauer. Mijn favoriete zuurpruim. Een Duitse filosoof uit de 19de eeuw en een echte pessimist.
Hij vindt het heel logisch dat we allemaal lijden. Daar ga ik zo op in. Eerst even mezelf bewieroken: Ik heb zijn hoofdwerk De wereld als wil en voorstelling gelezen tijdens de tweede lockdown. Slechts 1800 pagina's. Graag gedaan. Hoef jij het niet te doen. Los daarvan, was het een geweldige leeservaring. Hij schrijft zo helder zijn filosofie op. Ja, het was soms taai en pittig, maar op sommige momenten werd mijn brein zo lekker gekieteld. Ik ga nu proberen uit te leggen wat de kern van zijn betoog is.
Dit is niet saai. Dit is geniaal.
Goed. Schopenhauer dus. Hij vindt het dus logisch dat we lijden als mens. We worden namelijk gevoed door de wil. We willen allemaal iets. Belangen botsen. Het lot werkt niet mee. Maar we willen... We zoeken bevrediging van onze behoeftes.
Als je niet bevredigd wordt, lijd je. En als je eindelijk bevredigd bent, komt er een nieuwe wens op. En als die wens uitblijft, lijd je omdat je geen nieuwe wens hebt. Zeg maar de mensen die zich zo doelloos, zinloos en uitzichtloos voelen. Of de mensen die zich ontzettend vervelen.
Ik vraag me af: is het toeval dat de meest rijke mensen op aarde zich volledig op de ruimtevaart hebben gestort? Elon Musk (Tesla). Richard Branson (Virgin). Jeff Bezos (Amazon). Ze hebben alles wat mogelijk is op aarde bereikt. Maar ze willen nog steeds wat... De sterren bereiken met hun ruimteschip. Als dat niet de ultieme vorm van verveling is, de sterren willen bereiken en daar miljarden aan geld en grondstoffen aan verspillen. Why?
We volgen in ons leven een herhalend patroon. Continu. We willen iets. We lijden. We bereiken iets. We zijn blij, voor even. Dan willen we weer iets anders. We lijden. We bereiken het. Of we bereiken het nooit. Maar we lijden.
Net zoals in muziek een patroon van herhaling zit. Volgens Schopenhauer komt muziek het meest dicht bij wat een mens kan komen tot die oerwil. Muziek imiteert wat het leven echt is. Daarom beroert het ons zo. Daarom brengt het meteen zoveel gevoelens naar boven: vreugde, somberheid, energie, melancholie. In al die oneindige variaties in toonhoogtes. In melodieën. In grondtonen. Muziek is een universele taal die iedereen op aarde meteen begrijpt. Daar hoeft geen vertaler aan te pas te komen.
De natuur is een voorstelling van de wil. Net zoals muziek. Ze beelden beide iets anders uit, maar hun bron is hetzelfde. Het is een andere uitdrukking van hetzelfde.
De wil is waar het volgens Schopenhauer allemaal om draait. Dat is de oerbron van alles. De natuur is dus een verbeelding daarvan. En wij mensen zijn de natuur. We zijn de verbeelding van de wil. Je kan daarom ook de woorden 'om te leven' eraan toevoegen. De wil om te leven. Alles wil leven. Alles om ons heen heeft een drang om te groeien, voort te planten. Om de soort te laten overleven. Niet per se het individu, maar de soort als geheel.
En we overleven in een wereld die opgebouwd is uit wetten. Tijd is daar een van. Oorzaak-gevolg is een andere. Zeg maar al die dingen die de wetenschap probeert bloot te leggen, zijn mechanismes van dit theater waarin we leven.
Maar Schopenhauer benadrukt sterk dat de wil daarbuiten staat. Die is de bron. Die heeft geen last van oorzaak-gevolg. De wil kunnen we nooit volledig begrijpen, maar we kunnen wel bewijsstukken ervan zien. Het is niet de wetenschap die met onderzoekmethodes de echte wil als waarheid blootlegt. Die legt slechts het theater bloot.
Het is namelijk de kunstenaar die de wil blootlegt. Die het 'gewone' om ons heen, waar we bijna te blind voor zijn geworden om het te zien, in nieuw perspectief probeert te plaatsen. Het bundelt. Het ordent. Het vergroot uit. Het laat ons emoties voelen. Het laat een waarheid zien. Het kunstwerk is de ultieme verbeelding van de wil. De roman. De geboetseerde beelden van god Apollo. Een tragedie van Shakespeare. Een schilderij van Rembrandt. Ze vertellen een waarheid over het echte. Maar muziek is het ultieme topstuk hiervan. Dat is het echte kunstwerk volgens Schopenhauer.
Hij zegt: 'De componist openbaart het diepste wezen van de wereld en spreekt de diepste wijsheid uit, in een taal die zijn rede niet kan verstaan.'
Schopenhauer ziet daarom een genie, een kunstenaar, als een ander persoon dan de 'gewone mens'.
Omdat we als mensen allemaal iets willen, lijden we. Maar de kunstenaar weet zijn lijden (tijdelijk) op te heffen door iets te creëren wat op de wil lijkt.
Schopenhauer heeft zijn boek niets voor niets De wereld als wil en voorstelling genoemd. Want de werkelijkheid kunnen we niet zien. We zien slechts een voorstelling van de wil. Alles om ons heen, elke gedachte die we hebben, is slechts een voorstelling. Ons lijf. Ons ego. De ander. Zwaartekracht. Magnetisme. Het is een theater.
Maar we kunnen wel moeite doen om die wil bloot te leggen. Want die wil zit ook in ons. Door (zelf)kennis komen we erachter wat die wil is. Het is niet: ik wil wat ik ken. Zeg maar dat je een advertentie van de nieuwste iPhone ziet en denkt: ik wil dat!
Maar het is: ik leer kennen wat ik wil. Blijkbaar wil je verbonden zijn met de mensen en de wereld om je heen. Een iPhone-advertentie laat je inzien dat je dat wil en dus ook kan bereiken.
Volgens Schopenhauer komt bijvoorbeeld ‘spijt’ daarom slechts voort uit veranderde kennis. Het is niet dat je opeens iets anders wilde. We komen erachter dat we anders hebben gedaan dan we dachten dat we waren.
Maar de wil zelf is onveranderbaar. De wil zit in het heden. Het is niet morgen. We moeten het niet zoeken in het verleden. Het is er nu. Maar omdat we slechts een verbeelding zien, worden we dus ook gek van onze eigen verbeeldingskracht over de wil. We denken in abstracte gedachtes. Seneca zei terecht: 'We lijden vaker in onze verbeelding dan in de werkelijkheid.'
Epictetus zei: 'Het zijn niet de dingen zelf die de mensen van hun stuk brengen, maar hun meningen over de dingen.'
Wat de kunstenaar doet, is een spiegel voorhouden aan mensen van wie we daadwerkelijk zijn. Het heft zo het lijden eventjes op.
Schopenhauer moedigt het daarom aan om kunst te maken of na te denken over het leven (filosoferen). Je moet niet je leven leiden op de automatische piloot. Je moet je niet te veel in verbeelding laten meeslepen door je eigen lijden. Denk na over het leven als een genie. Maak kunst, als een genie. En bovenal: onderzoek jezelf. Wat wil je? Wat kan je? Je moet erachter komen wie je bent als individu. Dat kan alleen door te ervaren en daardoor te leren.
Hoe beter we onszelf kennen, hoe beter we onze zwaktes weten. Waardoor we minder hoeven te lijden als het even tegenzit in het leven.
Dat is wat ons onderscheidt van de dieren. Ook zij worden gevoed door de wil, maar hebben de kennis niet om hierover na te denken.
Streven naar rijkdom, naar roem, naar genot. Dat zijn slechts verbeeldingen die er niet toe doen. Die veroorzaken alleen maar pijn. Maar ja. Kunnen we anders? Als we naar niets streven, zijn we dan wel gelukkig? Dan worden we weer overvallen door de verveling.
Schopenhauer concludeert pessimistisch dat geen enkele bevrediging duurzaam is. We lijden continu in ons streven naar iets, omdat het zo moeilijk is om te bereiken wat we willen. En als we het bereikt hebben, willen we iets anders. Het streven heeft daarom geen doel. Het lijden heeft daarom ook geen doel. Het is slechts een gevolg van de wil.
Dit is waardoor hij tot de treurige conclusie komt: het leven heeft geen zin. Maar het enige wat nog enigszins zin geeft, is de kunst en nadenken. Omdat dat het dichtst in de buurt van de wil komt.
En daardoor kom ik tot de conclusie dat mensen die in iets geloven het niet per se makkelijker hebben. Ook al hebben zij wel een zingeving. Ook zij lijden. Ook zij vervelen zich.
Ik ben zelfs bang dat de verveling toeslaat als zij in het paradijs komen nadat ze zijn overleden. Want wat moet je in de hemel doen als je niet meer lijdt en dus nergens meer naar streeft?
Deze tekst is als e-mail op 16 juni 2021 gedeeld als onderdeel van de woensdage-mail.