Dit gaat echt nooit meer voorbij

Zelfkennis is belangrijk. Dat stopt ook nooit in je leven. Net zoals het besef dat niet alles gefikst hoeft te worden.

Dit gaat echt nooit meer voorbij
Photo by NEOM / Unsplash

Elke keer als ik overprikkeld raak of me uitgeput voel, verrast het me hoe uitzichtloos die gevoelens zijn.

Het voelt alsof ze nooit meer voorbij gaan.

​Dat hele mechanisme in mijn kop van optimisme en relativering, van plezier en hoop en absurdisme, heeft het feestje gewoon verlaten en lijkt nooit meer terug te keren.

​Ik probeer mezelf te kalmeren met: ‘Morgen voelt het vast beter.’ Waarna vervolgens de gedachte opkomt: ‘Maar wat als dit gevoel voor altijd blijft bestaan? Of dat morgen niet beter is, maar nog slechter?’

​Het is een heel vermoeiend toneelstuk.

Er is wel een wetenschappelijke verklaring voor.

​Het komt door de amygdala. Dat is zo’n gebied in je hersenen die stress en angst controleert.

​Normaal gesproken, overdag, als je uitgerust bent en je je fit voelt, wordt die goed in toom gehouden. Maar bij overprikkeling en vermoeidheid lukt dat niet meer. Dan heeft dat gebied vrij spel. Met als gevolg: extreme, donkere gedachten.

​Dat is ook de reden dat je gedachten op hol kunnen slaan als je in bed ligt.

​Je in-toom-houd-gebied valt blijkbaar iets eerder in slaap dan jij en dan heeft de amygdala vrij spel.

​Bedankt, evolutie!

​Vaak, na een avond of paar avonden goed slapen en goed voor mezelf zorgen, voel ik me bij het opstaan een ander mens.

​Tegen het naïeve aan optimistisch. Ik zou een dansje kunnen doen met elke willekeurige lantaarnpaal. Het laat me grinniken dat ik de dagen eerder op het punt heb gestaan om alvast mijn eigen graf te graven in de tuin. (Gewoon, voor de zekerheid.)

​Ik weet, nu ik dit al honderdmiljoen keer heb meegemaakt in mijn leven, dat die donkere gedachten altijd tijdelijk ongemak zijn.

​Ik weet ook dat je in een depressie zit als je een groot deel van de dag sombere gedachten hebt en dit twee weken achter elkaar.

​Soms spreken mensen me aan via Instagram.

​Ik ga niet zeggen dat ik een therapeut ben. Dat ben ik niet. Maar ik heb het al vrij snel in de gaten als personen aan de andere kant van de lijn depressief overkomen.

​Ze verraden zichzelf met hun pessimistische gedachten. Met hun idee dat wat ze nu voelen, nooit over gaat. Dat ze zich niet kunnen voorstellen dat er weer een betere tijd komt.

En ik snap dat.

​Dat is dus het superirritante eraan, dat een depressie het gebied van initiatief nemen en plannen maken blokkeert.

Want als je het je niet meer kan voorstellen dat het over gaat, waarom zou je je dan laten helpen? Of hoop hebben? Of appjes beantwoorden?

​Volgens filosoof en psychiater Damiaan Denys is er nog geen enkel bevredigend antwoord gekomen op de vraag waarom we als mens depressief worden.

​Met het getuur naar onze kop met neurotransmitters in de scanner en het meten van serotinelevels, zijn maar halve bewijzen gevonden die onze ‘depressieve stoornissen’ verklaren.

Helaas blijkt uit cijfers dat steeds meer mensen in de wereld last krijgen van hun mentale gesteldheid (niet alleen depressie). Een trend die cultuuroverstijgend is. Het is dus niet alleen een Westers fenomeen.

Volgens Denys betekent dit, dat onze manier van leven voor grofweg de helft van de mensen niet werkt.

​De helft van de mensen krijgt minimaal één keer in het leven mentale klachten.

​Dit is niet de enige zichtbare trend.

Ook jongeren zijn nu de pineut.

Al minstens tweehonderd jaar ontsprongen jongeren de dans als het ging om mentale problemen. Geen toeval. Jongeren hebben in verhouding de meeste vrijheid en de minste verantwoordelijkheid van iedereen op aarde. Mentale klachten komen vaak pas halverwege de twintiger jaren naar boven.

​Maar tegenwoordig melden ook meer jongeren zich bij de therapeut. ​Vooral in de westerse cultuur kampen jongeren met paniekaanvallen, depressie en faalangst.

​​Hoe komt dit?

​Ja. Je hebt waarschijnlijk wel een vermoeden.

  • Prestatiedruk.
  • Je mooiste leven laten zien op social media.
  • De afstandelijke relatie die veel jongeren hebben met hun ouders, waardoor ze hun zorgen niet kunnen uiten.

​Het scheelt dat veel mentale issues ‘simpel’ te verlichten zijn. Paniek- en angststoornissen zijn bijvoorbeeld met een paar sessies bij een psycholoog dragelijk te maken.​

Een eenmalige depressie is ook relatief makkelijk te behandelen. De pech is alleen dat de kans groter wordt dat je nóg een keer in je leven terugkomt bij de therapeut, maar dan met een andere stoornis als bonus erbij.

Noem me een optimist (lol). Maar ik hoop dat we allemaal op een punt in het leven komen, waarop we die donkere kant in onszelf gaan herkennen en ook meer gaan accepteren.

Vaak als we ons melden bij de huisarts, hebben we jarenlang onszelf verwaarloosd. En wat je in therapie leert, is je eigen triggers herkennen. Zodat je weet wanneer er iets niet goed gaat. Zodat je op tijd kan ingrijpen.

​In mijn geval: blijkbaar komen mijn mentale klachten eerder terug als ik slecht voor mezelf zorg.​

Als ik goed voor mezelf zorg, wordt de kans kleiner dat de somberheid blijft hangen en een depressie wordt.

Tegelijkertijd heb ik inmiddels door dat mijn zwaarmoedige (fatalistische) blik op de wereld ook gewoon is wie ik ben. Melancholie is wat ik adem. Laat me.

​Zelfkennis is belangrijk. Dat stopt ook nooit in je leven.

Net zoals het besef dat niet alles gefikst hoeft te worden. Begrijp beter hoe het werkt in dat koppie van je en wanneer je wel echt hulp nodig hebt.

Snap je?

Goed.

Dit wat je net hebt gelezen komt uit ​mijn boek 'ik hoop dat je gedachten lief voor je zijn'.​