#7. De waarheid moet je nemen als een leugen

Ik zocht haar op de parkeerplaats van de hoge school op en wilde haar vertellen hoe ik erover dacht en wat ik van haar vond.

#7. De waarheid moet je nemen als een leugen

Graag was ik een persoon geweest die de wereld beleefde met een schouderophaal.

Voor elke belediging of misverstand mijn schouders ophalen.

Elke onbeantwoorde sms van de liefde van je leven emotieloos wegkijken.

Graag was ik een persoon geweest die nooit boos, gefrustreerd of woedend werd.

Die nooit onrecht voelde. Gewoon een persoon die zo tevreden over zichzelf was, dat al het andere geen invloed meer had op zijn gesteldheid.

Maar zo’n persoon was ik niet.

Ondanks dat ik vond dat diploma’s onzin waren in een imperfecte samenleving, voelde het als een afgang.

Mijn zoveelste herkansing verprutst. Wat zou mijn moeder wel niet van me denken.

Er was hier maar een iemand verantwoordelijk voor: Lucy. Toen ze iets naars van me wilde.

Als zij me het blaadje niet had aangegeven, had ik niet een 1 gekregen.

Ze zei sorry

Ik zocht haar op de parkeerplaats van de hoge school op en wilde haar vertellen hoe ik erover dacht en wat ik van haar vond.

Maar voor ik een woord kon uitbrengen zij ze gemeend met tranen in haar ogen ‘sorry’.

Het maakte me even in de war tot ik besefte dat ik werkelijke haat voelde. Ik tierde en spuwde mijn gal over haar heen.

Ze moest nog harder huilen. Ik zei haar keihard de waarheid. Ik gaf haar de schuld van alles en liet haar harder huilen dan ooit te voren.

Toen ze snikkend antwoordde:

‘Het doet je zoveel, maar je doet zo weinig om het op te lossen. Zelfs na mijn sorry blijf je tegen mij schreeuwen. Het is nutteloos en je bereikt er niets mee. Wat is je punt?’

Ik liep boos weg en besefte me drie slapeloze nachten later dat ze gelijk had: Ik moest iets doen.

Ik vroeg een gesprek aan met meneer Jansen die me een 1 gaf. Ik moest hem overtuigen dat het Lucy’s schuld was en ik een herkansing verdiende.

< Vorig bericht Volgend bericht >