#33. Hoe saai jij bent, als de lichten uit gaan

Ik voelde me vervreemd van alles om me heen. Al die dronken mensen. Al dat blije gedoe. Al dat geneuzel om niks.

#33. Hoe saai jij bent, als de lichten uit gaan

Toen hij me zag zei hij: ‘Of niet Charlie. Of niet vriend! Gozer!’ Hij sloeg hard en enthousiast op mijn schouder. Te hard.

Ik zag de blik van het meisje dat me aankeek alsof zij Sjoerd ook niet helemaal begreep. Het had iets minachtends.

En het enige wat Sjoerd met zijn dronken kop wilde, was een bevestiging van mij krijgen. Dat zijn sexiness inderdaad universeel was.

Ik keek weg.. Dat overdreven gedoe van hem kon ik niet onder ogen komen. Ik kon hem niet bevestigen in zijn bestaan. Omdat het meisje hem zo minachtend aankeek.

Als ik hem bevestigde, moest ze mij ook minachten.

Ik schaamde me voor een vriend, omdat een vreemdeling hem raar aankeek.

Het zou andersom moeten zijn. Waarom had die vreemdeling zoveel invloed op me?

Vervreemd

Ik voelde me vervreemd van alles om me heen. Al die dronken mensen. Al dat blije gedoe. Al dat geneuzel om niks.

De meer ik zag. Hoe meer ik besefte dat het perfecte feestje bestond uit verloren mislukte dronken eenzame trieste zielen.

Zielen die inderdaad hun vermoeide gezichten verborgen in de schaduwen van de discolichten.

Zodat niemand zag hoe saai ons leven overdag was.

< Vorig bericht Volgend bericht >